Inductie kookplaat aansluiten

Hoe moet je een inductie kookplaat aansluiten?

Mocht je erg handig zijn en verstand hebben van elektriciteit, dan is het mogelijk de inductiekookplaat zelf aan te sluiten. Elke inductiekookplaat komt met een handleiding waar uitgebreid de stappen in beschreven staan. Echter is het raadzaam om een elektricien in te schakelen indien je hier zelf geen verstand van hebt, je wilt tenslotte dat de kookplaat werkt, en je hebt er vaak ook garantie op de aansluiting (wel zo handig). Onderstaande tips zijn om rekening mee te houden wanneer je zelf aan de slag gaat. Het betreft algemene informatie, voor een uitgebreid stappenplan betreffende de verschillende draden voor de elektriciteit of de manier van lijmen van de kookplaat, verwijzen we door naar de handleiding.

Algemene tips aansluiten inductie kookplaat

1. Installatie van het apparaat op een keukenblad en de aansluiting op het elektriciteitsnet moeten uitgevoerd worden door een gekwalificeerde technicus.
2. Fineer of andere afwerking van het keukenmeubel waarin de kookplaat moet worden ingebouwd moet worden behandeld met hittebestendige lijm (100 ° C); anders is er een kans dat het werkblad verkleurd of vervormd.
3. Na installatie moeten de twee voorste bevestigingselementen vanaf de onderkant vrij toegankelijk zijn.
4. Hangende of aan de muur bevestigde keukenelementen moeten hoog genoeg worden opgehangen om te voorkomen dat deze invloed uitoefenen op de inductiekookplaat.
5. De afstand tussen de kookplaat en de afzuigkap moet niet minder zijn dan aangegeven in de instructies voor installatie van de afzuigkap. De minimale afstand is altijd 650 mm.
6. De afstand tussen de rand van het apparaat en het aangrenzende lange keukenmeubelelement moet niet minder dan 40 mm bedragen.
7. Gebruik van massieve houten sierplaten of platen op de werkbladen achter de kookplaat is toegestaan, als de minimale afstand hetzelfde blijft als aangegeven in de installatietekeningen.
8. De minimale afstand tussen de ingebouwde kookplaat en de achterwand is aangegeven op de installatie tekening.
9. Om normale werking van elektronische componenten mogelijk te maken van de inductiekookplaat moet er voldoende luchtcirculatie zijn.
10. Indien er een la onder de inductiekookplaat zit, mogen daar geen kleine voorwerpen of papier worden bewaard. Dit kan door de ventilator worden aangezogen, waardoor schade aan de ventilator of het volledige koelsysteem kan ontstaan. Dit geldt ook voor aluminiumfolie en ontvlambare stoffen of vloeistoffen (bijvoorbeeld sprays), vanwege explosiegevaar.
11. De ventilator en de inhoud van de lader moeten minimaal 20 mm van elkaar verwijderd staan.
    Indien een inductiekookplaat in combinatie met een oven aangesloten moet worden, is het belangrijk dat de achterwand verwijderd wordt. Er is 6 mm vrije ruimte nodig aan de voorkant, over de gehele breedte van de kast.

Tips over de installatie inductiekookplaat

1. Let op of de pakking al geïnstalleerd is of niet, zo niet dan zullen de instructies duidelijke uitleg geven hoe dit gedaan moet worden. Op sommige apparaten is de pakking al geïnstalleerd!
2. De aansluiting is afhankelijk van de dikte van het werkblad, en de instructie zal per inductiekookplaat aangegeven worden.
3. Het werkblad moet absoluut horizontaal staan.
4. Bescherm de randen van de snijopening op geschikte wijze.
5. Bevestig de meegeleverde schroeven met behulp van de bijgeleverde schroeven aanhaalbeugels aan de voor- en achterkant van de kookplaat en de voorbereide opening.
6. Sluit de kookplaat aan op het elektriciteitsnet (zie instructies voor het aansluiten van de kookplaat in de bijbehorende handleiding).
7. Plaats de kookplaat in de snijopening.
8. Druk de kookplaat van boven stevig op het aanrechtblad. Voor het vastzetten van de bevestigingsclip is het niet toegestaan ​​om dit te doen.
9. Gebruik schroeven langer dan 6,5 mm.

Tips over de aansluiting van de elektriciteit

1. Er is een spanning van 230 V nodig voor het gebruik van een inductiekookplaat.
2. Voorafgaande aan elke poging tot controle van de verbinding controleert u de spanning.
3. De elektrische bedrading moet worden uitgerust met een circuit breker welke het apparaat kan isoleren van het stroomnet in alle punten, met de afstand tussen terminals van minstens 3 mm in open positie. Dit kan worden gedaan door middelen voor zekeringen, veiligheidsschakelaars, enz.
4. Na het voltooien van de installatie moeten de onder spanning staande draden en geïsoleerde kabels voldoende beschermd worden tegen per ongeluk aanraken.
5. De aansluiting van de draden op de verschillende terminals in de schakelaar staat uitgelegd in de handleiding. Let goed op de plaatjes en sla hierbij geen stappen over.

Tips over reparaties

1. Ook reparaties moeten uitgevoerd worden door erkende elektriciens.
2. Voordat een reparatie uitgevoerd kan worden, moet de voeding ontkoppeld worden.
3. Indien er sprake is van garantie, altijd eerst contact opnemen met de verkoper. Indien het probleem niet onder garantie valt dan contact opnamen met een willekeurige elektricien. Echter bied de koper vaak ook aan om het probleem op te lossen tegen een prima prijs.